Kunsthal Boschveld - Last Call - laatste expositie Vughterstraat 234 - 23 november 2016
Kunsthal Boschveld - Last Call - laatste expositie Vughterstraat 234 - 23 november 2016
Kunsthal Boschveld moet de in het voorjaar betrokken locatie nu al weer verlaten, de slotexpositie duurt daarom ook maar tot en met zondag 27 november. De artistiek leider Oscar Schrover hield een toespraak* (Jan Nelissen was wegens ziekte verhinderd) en Jos Claassen opende samen met Janneke Rijnders de tentoonstelling.
Met werk van Cees Andriessen, Hans Andringa, Tijs van Bakel, Theo Besemer, Corrie de Boer, Marije Bouman, Bert Brouwer, Brian Coutinho, Mario Dijsselbloem, Paul van Dijk, Pieternel Dekkers, Fred Geven, Laura Hoek, Dineke van Oosten, Folke Jansen, Marianne van Heeswijk, Frans Beerens, Jessica Knoot, Shu-mei Chan, Trudy van Soest, Frank Sciarone, Jenna Tas, Bernadet Ten Hove, Semna van Ooy, Rombout Oomen, Jeanne Rombouts, Anton Reijnders, Jan Radersma, Jan Moerbeek, Imke Plattel, Nathalie Mannaerts, Francine Steegs en van overleden kunstenaars: Netty van den Heuvel, Jeroen Bodewits en Ton Frenken.
Over een eventuele nieuwe locatie is nog niets bekend.
- 27/11 enkele foto's van de finissage.
info over het programma rond de sluiting: Kunsthal Boschveld
zie evt ook de expositie van Fred Schley of de expositie met werken van Ton Frenken. (beide in de Vughterstraat)
of de expositie op de oude locatie in Boschveld met werk van Flip Rutten.
©2016 Gerard Monté
* Lezing van Oscar Schrover
Door de kunst heen confronteren wij elkaar met onze eigen menselijkheid, niet als een volmaakt ideaal, maar als een getuigenis van leven.
Kunsthal Boschveld neemt afscheid van de Vughterstraat. Wij organiseerden 9 maanden op deze lokatie tentoonstellingen, wij nodigden U uit voor een filmvoorstelling en vergaderden hier met onze Raad van Advies: Charles Bongaerts, Geert Snijders, Uli Schnier en Tom Senders.
Toen we in dit pand begonnen wisten we dat dit een tijdelijk affaire zou zijn. Bij zijn aantreden had de Raad van Advies dat goed onderstreept.
Het was die eerste maanden druk in de straat, dit vanwege de grote Jeroen Bosch tentoonstelling. Daarna namen de stromen af. Dat raakte ons niet, want veel bezoekers aan Kunsthal Boschveld komen op een tentoonstelling af. En ze komen niet alleen uit Den Bosch, maar uit alle delen van het land. De reacties zijn de afgelopen week heel divers geweest.
Ik ben twee maal gecondoleerd vanwege ons vertrek, en mij is diverse keren gevraagd of ik dat niet moedeloos wordt al die verhuizingen. Nee, ik ben niet moedeloos, maar een nomadisch bestaan – laat ik er eerlijkheidshalve aan toevoegen – is ook niet alles. We steken liever onze energie en aandacht in wat wij als onze kerntaak beschouwen: het presenteren van kunst aan diegenen in de stad die naar verdieping zoeken. We organiseren tentoonstellingen om door de kunst heen onze eigen menselijkheid ontmoeten. Menselijkheid daar draait het om. Door de kunst heen. Dat is iets om over na te denken. Maar niet veel misschien. Want Refectie verdient niet het allesoverheersende thema te zijn, daarmee zou de kunst zichzelf te kort doen, of erger zich zichzelf kwijt kunnen traken.
Dit hameren op reflectie is een negentiende eeuwse idee en direct te herleiden tot de dialectiek van de Duitse filosoof Hegel. Hegel geloofde dat de schoonheid in de kunst boven de natuur stond, omdat de kunst on-natuurlijk is en onze geest waarachtiger laat zien en omdat de kunst een ‘middelares’ is tussen het rede en de zintuiglijkheid. Als de kunst dan haar hoogste taak volgt plaatst ze zich in het gemeenschappelijke domein met religie en filosofie. Dat is – meent Hegel – één van de manieren om het goddelijke, de diepste belangen van de mens, en de allesomvattende waarheden van de geest tot bewustzijn te brengen en uit te spreken.”
Hegel laat reflexie als het ware boven de zintuiglijkheid zweven en daarmee worden filosofie en kunst aan elkaar verwant, maar wordt kunst een mentaal beeld genomen naar een beeld-uit-de-natuur.
Kunst geeft zo weliswaar meer inzicht en begrip in de geschiedenis zelf dan een historisch boek, maar ze kan toch niet het niveau bereiken van de filosofie die een onderdeel vormt van de wetenschap. De kunst blijft dus beperkt tot een inhoud (Hegel, p.54), terwijl filosofie de volledige vrijheid geniet.
Het presenteren van de kunst als de aanleiding tot reflexie is volgens mij een Hegeliaans cliché welke volgens mij voorbij gaat aan de betekenis van kunst. Op de eerste plaats voor de kunstenaar zelf en op de tweede plaats voor de gemeenschap, voor ons allemaal dus. Het behoeft ook niet zo ingewikkeld te zijn. Reflexie is een weg om de kunst te benaderen, maar ik zelf voel meer voor het antwoord van Tolstoy op de vraag wat kunst antwoordt dat ze - mits ze universeel is, ons verenigt en in staat stelt om vreugde te delen en verdriet, alledaagse gevoelens, wat eenvoudig is en toegankelijk voor eenieder, en die emoties mogen uitgelatenheid, geluk, tederheid en vredigheid bemiddelen.
Als we dan al een betekenis aan dit moment van afscheid geven dan is dat er een niet van moedeloosheid en van opgeven, maar een moment van blijheid en van bemoediging, een moment van doorreizen.
De reis is een motief dat de kunst niet vreemd is. Het is een bekend literair motief, denken we bijvoorbeeld aan de Odyssee van Homeros, of aan de trektocht van Abraham in die Bijbel die zijn woonplaats ergens in het Tweestromenland, het huidige Irak, heeft verlaten om naar het westen te trekken, naar de Negev-woestijn of naar de Sinaï. Of, om dichter bij huis te blijven, aan een verhaal in de Nederlandse literatuur van de Gouden eeuw, aan Vondels Joseph in Dothan.
Beelden van de reis of beeld van de vlucht, de reis van Abraham, de vlucht uit Egypte, of de reis naar Rome. Vanaf de achttiende eeuw toen de banden tussen de religie en de kunst een stuk losser waren geworden reisden kunstenaar regelmatig af naar Rome om zich daar te verdiepen in de grote Klassieke voorbeelden.
Wat ik wil zeggen met deze voorbeelden is, laten we dit afscheid als een moment van overgang zien, als een transitie en een uitdaging om verder te reizen. We doen er alles aan met onze Raad van Advies om in de stad te blijven. Aan onze inzet zal het niet liggen. We gaan ervan uit dat u snel weer van ons zult horen en we hopen dat we U ergens op nieuwe lokatie in het nieuwe jaar mogen begroeten.
———
Ik dank de kunstenaars voor hun betrokkenheid bij Kunsthal Boschveld en ik dank de sponsors Jos Claassen en Janneke Rijnders.
(c) Oscar Schrover